Solar365 - Energiehub De Mars heeft ook impact buiten het bedrijventerrein (2024)

24.05.2024 Evelien Schreurs

Solar365 - Energiehub De Mars heeft ook impact buiten het bedrijventerrein (1)

Op bedrijventerrein De Mars in Zutphen lopen steeds meer bedrijven op piekmomenten tegen een overvol elektriciteitsnet aan. Tegelijkertijd hebben sommige bedrijven wat ruimte over op hun elektriciteitsaansluiting. Daarom wordt er gewerkt aan het starten van een energiehub. Zon, wind en waterstof moeten niet alleen het bedrijventerrein, maar ook woonwijken van elektriciteit gaan voorzien. Veel bedrijven willen graag meewerken en de energieprofielen sluiten goed op elkaar aan, maar er moeten nog wel juridische hobbels overkomen worden. Of de energiehub dus echt van de grond zal komen is dus nog onzeker, maar het verkennen van de mogelijkheden kan wel de weg vrijmaken voor toekomstige projecten.

Bedrijventerrein De Mars is een gevarieerde groep van bijna tweehonderd bedrijven: van grote energieverbruikers zoals een kopersmelter en plastic recycling, tot kantoren en palingrokers. Eigenlijk was het bedrijventerrein een soort betonnen jungle, vertelt Joris Benninga, projectmanager smart energy hubs en RES in de provincie Gelderland. Het zijn vaak oudere gebouwen die “letterlijk en figuurlijk een beetje afbrokkelen”. Om die omgeving aantrekkelijk te houden, moest daar sowieso iets gebeuren, vertelt Benninga. Het terrein kon dus wel een nieuw, duurzaam, initiatief gebruiken.

In 2018 begon het eerste bedrijf last te krijgen van krapte op het elektriciteitsnet. Een bedrijf dat plastic recyclet, een van de grote energieverbruikers van De Mars, wilde een extra productielijn opzetten, maar energieleverancier Liander kon daar geen extra vermogen voor leveren. Daarop besloot de recyclaar de productie te verplaatsen naar Frankrijk, vertelt Benninga. “Dan zie je dat het lokale bestuur wakker wordt en dan komt er iets in beweging.” Toen is er met geld van de gemeente een klein onderzoek gedaan naar verduurzamen en de mogelijkheden om de problemen met elektriciteit op te lossen.

Met dat onderzoek werd in eerste instantie niet veel gedaan, maar toen er in 2020 ook problemen ontstonden met het terugleveren van energie, was dat aanleiding om het onderzoek uit 2018 te verdiepen, vertelt Benninga. “Toen werd er echt gekeken naar De Mars als energiesysteem en ook als puzzelstukje in Zutphen en omgeving.”

Vertrouwen opbouwen
“Een van de eerste dingen die ik heb gezegd was ‘leuk dat we Firan, dochterbedrijf van Liander, inschakelen, maar daar gaan we er niet mee komen.’ Ik denk dat we veel meer tijd moeten steken in de zachte kant van dit verhaal. Dat we eerst eens aan die ondernemers gaan vragen wat ze willen, wat ze niet willen en of er partijen bij zitten die koploper zouden kunnen zijn”, vertelt Benninga.

Een aanzienlijk deel van zijn werk zit in het onderling vertrouwen opbouwen tussen de bedrijven. Veel bedrijven staan er positief in en willen graag meewerken, maar vertrouwen opbouwen kost veel tijd en er is maar beperkt budget. “De partijen hebben een sterke incentive en soms bijna acute noodzaak nodig om samen te werken en om dingen van de grond te krijgen”,vertelt Benninga.

“We hebben eerst een beetje over de duim gekeken wat van de tweehonderd bedrijven de veertig grootste energieverbruikers zijn.” Die bedrijven zijn door de lokale energiecoöperatie Zutphen Energie geïnterviewd over hun bereidheid en mogelijkheid om flexibiliteit te bieden en aan hen is ook gevraagd om de energiedata in te mogen zien. Op basis daarvan maakt Firan een ontwerp van de manieren waarop de bedrijven energie zouden kunnen delen. De Mars werd toen ook naar voren geschoven bij het programma Smart Energy Hubs Oost-Nederland, een pilot-omgeving voor energyhubs.

Zo begon de puzzel van manieren waarop bedrijven elkaar zouden kunnen helpen al een beetje samen te vallen, vertelt Benninga. “De waterstoffabriek had wel op tijd een aansluiting aangevraagd, maar die is niet zo groot als ze willen. Dus die kunnen wel starten maar niet groeien. KME de (kopersmelter) heeft een hele grote aansluiting die ze maar deels gebruiken. Denk aan een aansluiting van ongeveer 20 megawatt, waar maar iets meer dan de helft van gebruikt wordt.” De waterstoffabriek is ook bereid om een bepaalde mate van flexibiliteit te leveren. “Als er veel lokaal aanbod is zullen ze harder draaien en als er weinig aanbod is zullen ze minder draaien.”

Windturbines, zon en waterstof
Het plan is dat De Mars een groot deel van de benodigde energie gaat opwekken voor het bedrijventerrein, maar ook voor woningen in Zutphen. Die woningen kunnen de elektriciteit en restwarmte gebruiken in de warmtetransitie, bijvoorbeeld in de naastgelegen wijk Noordveen, waar voor ongeveer 2.500 woningen een warmtenet komt. Dat warmtenet zal gebruikmaken van restwarmte van een slibvergister die ook op De Mars ligt. Dat kan dan worden aangevuld met elektriciteit van De Mars. Die extra elektriciteit is volgens Benninga van harte welkom, want hoewel er al een veelbelovend plan voor een warmtenet ligt, is de elektriciteitsvoorziening nog een belangrijke hobbel.

Om de elektriciteitsopwek uit te breiden zijn er ook vergevorderde plannen voor een aansluiting op drie windturbines, die samen goed zijn voor ongeveer 12 megawatt. De opwek van zonne-energie zal ook worden uitgebreid tot die orde van grootte: op veel bedrijfsdaken liggen al zonnepanelen, maar er zullen nu ook zonnevelden geplaatst worden. Een batterij en warmtekrachtkoppeling zijn ook onderdeel van het plan zoals het nu op tafel ligt.

Cable pooling
Het bleek te veel om in één keer met veertig bedrijven energie te gaan delen, dus werd besloten te beginnen met kleinere samenwerking. Op 28 maart is daarvoor een intentieverklaring ondertekend door de gemeente Zutphen, provincie Gelderland, Zutphen Energie, KME, Westfalen, IJsselwind, Oost NL en het Waterschap Rijn en IJssel. Zij willen dus gaan samenwerken en zijn een haalbaarheidsonderzoek en samenwerking in de praktijk gestart voor het opzetten van een energiehub.

Het kan ook nog steeds zo zijn dat het niet doorgaat, volgens Benninga, want er wordt momenteel veel gedaan aan de juridische uitwerking van de energiehub. Netbeheerder Liander ziet de energiehub namelijk als een soort uitgebreidere variant van cable pooling. In principe is cable pooling toegestaan, mede dankzij de nieuwe energiewet, maar eigenlijk moet alles dan ‘als één installatie beheerd worden’.

Wat dat precies betekent in de praktijk en qua juridische aspecten wordt nog uitgewerkt, daarvoor voeren Liander en adviseurs van het project ook gesprekken met het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en de Autoriteit Consument & Markt. “Dus daarmee vullen we ook breder dan De Mars een puzzelstukje in van het energiesysteem van de toekomst”, volgens Benninga. “Ik denk dat de problemen die je bij zo’n hub tegenkomt, op beperkte schaal, kunnen doordruppelen naar de beleidsmakers in Den Haag. En daar zijn die programma’s zoals Smart Energy Hubs Oost-Nederland en de RES-regio’s ook heel effectief voor.”

Als blijkt dat de partijen ‘achter de cable pooling’ toch geen energie met elkaar mogen delen houdt het op. “Wij hebben bij Liander als standpunt gesteld ‘doe het dan maar niet’. Want dan is het hele verhaal zinloos. Je doet het omdat je graag beter gebruik wil maken van de infrastructuur. En juist achter die aansluitingen wil je balanceren. Als Rijksoverheid zou je je ideeën over een toekomstig speelveld juist moeten baseren op dat doel.”

“Aan de ene kant zijn we er dus wel bezorgd over. Aan de andere kant zou het ook raar zijn als het niet zo kunnen, want dan heb je dus niets aan die hele cable pooling. Het gaat niet om dat ene kabeltje. Maar het gaat erom dat je je hele energiesysteem in balans brengt.” Het laatste woord is daar dus nog niet over gezegd.

Financiële plaatje
In september moeten de hoofdlijnen voor het plan om energie te delen klaar zijn. Want de waterstoffabriek moet in het eerste kwartaal van 2026 starten met productie en ook de windmolens moeten later dat jaar gaan draaien. De zonnevelden volgen in 2027. Momenteel loopt de verkenningsfase nog, waarin samenwerking tussen de zes partijen wordt uitgeprobeerd.

Niet alleen juridisch, maar ook financieel moet de puzzel nog gelegd worden, “omdat dit natuurlijk allemaal hele ongebruikelijke overeenkomsten oplevert, althans in de ogen van banken niet standaard”, zegt Benninga. Alle partijen houden in hun investeringsplannen rekening met de hub, waardoor hij de kans groot acht dat de financiering wel rond zal komen.

Het opstarten van de energiehub is nog vrij nieuw, maar kan daardoor wel handvatten bieden voor toekomstige bedrijven die energie willen delen, vertelt Benninga. “Ik ben er echt van overtuigd geraakt dat je er niet aan moet beginnen als er niet al bedrijven zijn met bepaalde ambities.” Zonder die sterke ambities van bedrijven of een energiecoöperatie wordt het lastig.

Je hebt dus de bedrijven nodig voor die ambitie, maar hulp van overheden kan in de beginfase wel van groot belang zijn, volgens Benninga. “De gemeente is heel belangrijk geweest bij die eerste 25.000 euro en die tweede 25.000 euro. En datzelfde geld ook voor dat programma van Smart Energy Hubs Oost-Nederland, daar gaat het om iets grotere bedragen.” Daar spelen volgens Benninga overheden een belangrijke rol: dat er financieel ruimte is om nieuwe dingen uit te proberen.

Solar365 - Energiehub De Mars heeft ook impact buiten het bedrijventerrein (2024)
Top Articles
Latest Posts
Article information

Author: Margart Wisoky

Last Updated:

Views: 5938

Rating: 4.8 / 5 (58 voted)

Reviews: 89% of readers found this page helpful

Author information

Name: Margart Wisoky

Birthday: 1993-05-13

Address: 2113 Abernathy Knoll, New Tamerafurt, CT 66893-2169

Phone: +25815234346805

Job: Central Developer

Hobby: Machining, Pottery, Rafting, Cosplaying, Jogging, Taekwondo, Scouting

Introduction: My name is Margart Wisoky, I am a gorgeous, shiny, successful, beautiful, adventurous, excited, pleasant person who loves writing and wants to share my knowledge and understanding with you.